Vroeger had ik de touwtjes stevig in handen. Mijn hele leven werd netjes gepland, de timing zat botoxstrak. Elke milliseconde moest en zou optimaal gebruikt worden. Want iedere dag, zelfs een vrije, beschouwde ik als een werkdag. Maar ja, dat was vroeger dus. Voor ik mama werd. Tegenwoordig ziet dat leven van mij er lichtjes anders uit. Een kind van amper twee maanden dicteert de wet nu. Hij en niemand anders bepaalt het tempo en de dagindeling. Een dagindeling die standaard bestaat uit volgende elementen: voeden- verversen- troosten- knuffelen. Niet noodzakelijk in die volgorde, wel noodzakelijk honderd keer opnieuw. En het telkens weer herhalen van die simpele routine werkt- in tegenstelling tot wat ik verwacht had- enorm verfrissend. De stress is weg. Het kopke is leeg. De wereld openbaart zich eindelijk vanuit het juiste perspectief.
Het kost mij bovendien geen enkele moeite om mijn eigen behoeften en ambities opzij te schuiven. Ik laat mij gewillig en met veel plezier leiden door het liefste dictatortje van de hele wereld. Qué sera sera, da’s mijn levensmotto geworden. Lukt het vandaag niet om een taak af te werken of wat me-time in te lassen, dan is morgen ook nog goed. Of overmorgen. Of volgende week. Ik heb uiteindelijk toch maar één opdracht die er écht toe doet: mijn kleine man intens gelukkig maken. Oh ja, en mijn zwangerschapsverlof loopt nog een eeuwigheid. Dat is ook geen onbelangrijk detail.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten